Tachtig speelkaarten moeten zo snel mogelijk uitgespeeld worden. Lukt het je om als eerste je kaarten kwijt te raken, dan bent je de volgende ronde De Grote Dalmuti. Eindig je echter als laatste, dan ben je de volgende ronde de Grote Dienaar van De Grote Dalmuti en moet jij steeds alle kaarten verzamelen, schudden en uitdelen... Pas als Grote Dalmuti wel op voor de Narrenrevolutie en voor de sluwheid van je onderdanen: je kunt zo weer onttroond worden! De stapel kaarten wordt geschud en opgedeeld onder de spelers.

In elke spelronde begint De Grote Dalmuti met de eerste slag. Hij speelt een willekeurige kaart uit of meerdere kaarten met dezelfde rang. Met de klok mee moeten de spelers nu een hogere kaart of een hogere set kaarten (met hetzelfde aantal kaarten) uitspelen of juist passen. Een set bestaat uit 2 of meerdere kaarten die gelijk in rang zijn. Gedurende een slag kan een speler meerdere malen kaarten uitspelen of passen. De slag eindigt als alle spelers hebben gepast. De speler die de hoogste kaart of de hoogste set heeft uitgespeeld, begint de volgende slag. Zodra een speler zijn laatste kaart heeft uitgespeeld, wint hij de spelronde. Hij is in de volgende spelronde De Grote Dalmuti. De speler die als tweede zijn kaarten uitgespeeld heeft, wordt de Kleine Dalmuti en zo verder.

Na elke spelronde krijgt De Grote Dalmuti één punt voor ieder van zijn onderdanen. Bij een spel met 5 personen krijgt hij dus 4 punten. De nieuwe Kleine Dalmuti krijgt voor zijn onderdanen dan 3 punten, enzovoorts. Alleen de Grote Dienaar krijgt altijd 0 punten. De speler met de meeste punten aan het einde van het spel is de winnaar!

Voor meer informatie zie boardgamegeek.